Naarmate het optreden vordert sjokt Rob Halford steeds meer als een krasse knar over het podium in een glitter-outfit die je eerder bij De Toppers verwacht. Maar hij komt er mee weg. Sterker nog, als hij tijdens en na het afsluitende ‘Living After Midnight’ met de tekst ‘Metal God’ achter op zijn vest over het podium paradeert is dat meer dan terecht en rest er niets dan een ovationeel en uitbundig applaus én torenhoog respect.
Ga er maar aan staan, vlak voor je 61ste verjaardag. Na meer dan 42 jaar on the road, tijdens een show die alweer de 119e is van de huidige afscheidstour en die in Kerkrade na een dikke twee uur met veel muzikaal en visueel spektakel ten einde kwam. Judas Priest, de meest invloedrijke metalband sinds de oude Black Sabbath gaat er mee stoppen maar niet zonder nog één keer de wereld rond te reizen om haar trouwe fans te belonen met een old school metalshow vol oude krakers, publieksfavorieten en genreklassiekers.
De band, buiten Halford met gitarist Glenn Tipton en bassist Ian Hill als survivors van de klassieke bezetting, speelt strak en vol pit en de überfrontman zelf is nog steeds gezegend met een krachtige strot, duivelse sneer en weet de hoogste tonen nog geregeld te bereiken. ‘Victims Of Change’, ‘Diamonds And Rust’, ‘The Sentinel’, ‘The Green Manalishi’, ‘Painkiller’, ‘Turbo Lover’, ‘Hell Bent For Leather’, ‘You’ve Got another Thing Coming’, ‘Beyond The Realms Of Death’… allemaal komen ze voorbij in de volle, bloedhete, dampende Rodahal. De zaal waar Judas Priest in 1981 ook al passeerde tijdens de ‘Point Of Entry’ tour, samen met die andere steunpilaren van de New Wave Of British Heavy Metal: Saxon.
En laat díe band vandaag ook weer als support present zijn. Inclusief de ietwat norse frontman Biff Byford en oudgedienden Nigel Glockler en Paul Quinn. Die laatste twee op respectievelijk drum en gitaar. Lang niet zo scherp als the Priest, wegens een beduidend mindere sound en soms slordig qua uitvoering maar desondanks onderhoudend, amusant en een garantie voor een ouderwets potje headbangen op een handvol metal-evergreens. Maar dat alles kan niet verhullen dat Saxon er eigenlijk vooral nog uit jeugdsentimentele redenen toe doet waar Priest nog steeds in de Championsleague van de metal opereert en ons nog één maal laat zien hoe het hoort.
Naar het einde toe laten Halford en zijn mannen mijn aandacht soms even verslappen. Een paar mindere songs, soms iets teveel gepiel en de Freddie Mercury-singalongmomenten van Halford. Van die dingen. Maar bloody hell wat komt het uiteindelijk weer allemaal goed in de toegiften. Met ‘Living After Midnight’ als zinderende grande finale.
Na afloop strompelt Halford vermoeid over het podium om zijn publiek nog één keer op te zwepen. De Metal God die er geen genoeg van kan krijgen. De heerser die het tijdens ‘Breaking The Law’ klaarspeelt het publiek en masse de volledige zangpartij voor haar rekening te laten nemen. Dat zegt iets over Halford, over de betreffende song én over Judas Priest. Hard werkende band uit kolen- en staalstad Birmingham. Vanavond op een industrieel opgetuigd en van twee rokende koeltorens voorzien podium in onze eigen Black Country. Defenders of the faith. Op de voorlaatste dag van haar afscheidstour.
Halford lijkt ontroerd. Een deel van het publiek ook. En dan is er op het allerlaatst, bijna vanuit de coulissen, die laatste schreeuw: “Judas Priest will be back!” Hij kan het blijkbaar niet laten. Wij gelukkig ook niet.
De heersende foto’s zijn van Andrea Beckers / Beckflash fotografie.
Want more, lees OOR.