Het heeft aanvankelijk iets treurigs; slechts een man of zestig in de zaal, twee muzikanten die erbij staan of ze net van kantoor komen en frontman Marc Ickx die verstopt achter zijn zonnebril iets van de vergane glorie (A Split-Second stak in 1986 haar kop boven het maaiveld uit) overeind poogt te houden.
Maar naarmate de set vordert nestelen de beats zich steeds steviger in mijn hoofd. Na twee nummers wordt er ineens voorzichtig gedanst en het monotone hypnotiserende ‘The Colosseum Crash’ laat voor het eerst horen waartoe de drie Belgen in staat zijn. “Excremental architecture / Weltschmerzzz / Herbert Von Karajan am Steuerknuppel seines Sportflugzeuges / Überall werden die Leistungen dieses Mannes als Triumphe gefeiert…” Teutoonse beat er onder, grommende stem en duistere synths. Enfin, u weet genoeg. Electric Body Music van de Belgische school.
En ja, een bulderend “Scum-sucking, fist-fucking, muscle machine!” mag uit de mond van de ietwat onhandig bewegende Ickx onbedoeld grappig over komen, hij komt er wonderwel mee weg. Omdat de muziek staat en ook zijn twee begeleiders gaandeweg meer en meer los komen. De gitaar klinkt steeds vetter, de beats lijken aan kracht te winnen, de sound wordt bombastischer en aldus wordt er gestaag toegewerkt naar het aflsuitende ‘Flesh’. De grootste klassieker op de setlist, alleen al omdat deze drie decennia geleden aan de wieg stond van de New Beat. Omdat de dienstdoende DJ van Club Boccaccio in (of all places) Destelbergen het plaatje destijds op 33 in plaats van 45 toeren draaide.
Maar we dwalen af. Geen New Beat in 2012 maar en soort Front 242 light. Minder energie, minder klassiekers, minder rock maar hoe dan ook onderhoudend en uiteindelijk overtuigend. Niet groots wel best lekker. Een prima begin van het weekend.
Foto’s: Kitty (Inpoet)